Nostalgie als bindmiddel

William Dougherty

Nostalgie kan zowel een sociale ziekte als een creatieve emotie zijn, een gif en een remedie. De ‘dromen van ingebeelde vaderlanden’ kunnen en mogen geen werkelijkheid worden. Ze kunnen een grotere invloed hebben op het verbeteren van de sociale en politieke omstandigheden in het heden als idealen, niet als sprookjes die uitkomen. Soms is het beter (althans in de ogen van deze nostalgicus) om dromen met rust te laten, ze niet meer en niet minder dan dromen te laten zijn, en geen richtlijnen voor de toekomst. Als we onze collectieve en individuele nostalgie erkennen, kunnen we erom glimlachen en een rij onvolmaakte tanden laten zien, verkleurd door het ecologisch vervuilde water van onze geboortesteden.

—Svetlana Boym, The Future of Nostalgia (2001)

‘the dreams of imagined homelands’ is geïnspireerd door Svetlana Boyms geschriften over nostalgie. Ik ben gefascineerd door hoe, zoals Boym schrijft, “nostalgie zowel een sociale ziekte als een creatieve emotie kan zijn, een gif en een remedie.” Nostalgie is een potentieel gevaarlijk tweesnijdend zwaard. Het kan gemeenschappen samenbrengen en tegelijkertijd mensen en ideeën uitsluiten die worden gezien als nieuwkomers of als onverenigbaar met gedeelde ideeën over het verleden. Boym waarschuwt lezers zelfs om “de dromen van ingebeelde vaderlanden” niet tot leven te brengen. En dat zette me aan het denken: hoe dragen geluidsopnames bij aan het creëren van nostalgie, aan het bewaren van die “dreams of imagined homelands” en aan het mogelijk tot leven brengen ervan?

Dit werk onderzoekt de dromen van ingebeelde vaderlanden aan de hand van opgenomen geluiden. Centraal staat een beschadigde wascilinderopname uit 1907 van het Edison Mixed Quartet dat ‘Home, Sweet Home’ zingt. Deze opname wordt tijdens het werk afgespeeld op een versterkte Edison-wascilindergrammofoon uit 1906. ‘Home, Sweet Home’ werd oorspronkelijk gecomponeerd door de Engelsman Sir Henry Bishop en is een bewerking van een Italiaans volksliedje. De tekst is geschreven door de Amerikaanse acteur en toneelschrijver John Howard Payne voor zijn opera ‘Clari; or the Maid of Milan’ uit 1823, en het lied droeg bij aan het onmiddellijke succes van Paynes opera. ‘Home, Sweet Home’ werd overal in de Verenigde Staten een grote hit. De pastorale beelden van de tekst over een terugkeer naar huis spraken zeker de Amerikaanse bevolking aan, die grotendeels bestond uit eerste- en tweedegeneratie immigranten. Het liedje riep bij de luisteraars van die tijd zo'n gevoel van nostalgie op dat het tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) naar verluidt verboden was om het te spelen in de kampen van het leger van het Union Army, omdat officieren bang waren voor massale desertie. (Het is ook belangrijk om op te merken dat immigranten en zonen-van-immigranten in die tijd 43% van de Amerikaanse strijdkrachten uitmaakten.) 'Home, Sweet Home' had zo'n nostalgische aantrekkingskracht dat het op een gegeven moment, toen het tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog in aangrenzende legerkampen werd uitgevoerd, onmiddellijk een gevoel van verbondenheid en kameraadschap teweegbracht onder de soldaten van de twee strijdende legers. In zijn boek ‘Serving the Republic: Memoirs of the Civil and Military Life of Nelson A. Miles’ (1911) schrijft generaal Miles van Union Army:

“Laat in de middag speelden onze bands gewoonlijk de meest opzwepende militaire en nationale deuntjes... waarop de bands aan de kant van de Confederatie met evenveel enthousiasme reageerden... Deze momenten wekten vaak vijandige gevoelens op bij de twee legers, maar de vijandigheid verdween wanneer aan het einde een band die melodie inzette die alle echte mannen na aan het hart ligt, ‘Home, Sweet Home’, en alle bands binnen gehoorsafstand zich met ononderbroken harmonie en enthousiasme bij dat heilige volkslied aansloten.”

Ik heb ervoor gekozen om deze wascilinderopname van ‘Home, Sweet Home’ naast twee persoonlijke veldopnames te plaatsen die ik met mijn smartphone heb gemaakt: de eerste is van kinderen die spelen in het Anne Frank Memorial Park in het hart van Parijs, en de tweede is van koeien die vrij rondlopen in de Alpen bij Leukerbad, Zwitserland. Deze worden op verschillende momenten tijdens het werk via luidsprekers afgespeeld. Ik ben geïnteresseerd in hoe opnametechnologieën – van mijn smartphone tot de Edison-wascilinderfonograaf – er niet in slagen geluiden te ‘vangen’ en te ‘reproduceren’. Net als elk ander object dat een specifiek moment in de tijd wil weergeven, zijn opnames het resultaat van miljoenen culturele, perceptuele en persoonlijke waardeoordelen over wat het waard is om te bewaren. Ze zijn een verzameling culturele en technologische artefacten die het resultaat zijn van dit geconstrueerde proces van conservering, van verhalen vertellen en het creëren van een wereld. Ik vraag me dan ook af: wat kunnen deze opnames ons vertellen over hun specifieke tijd, plaats en cultuur? En kunnen we, ondanks alle vervormingen, de sporen, de verhalen van de mensen aan de andere kant horen?

Zet mij op de wachtlijst

Wenslijstje

Toegevoegd:

Naar wenslijstje

Inschrijven voor onze nieuwsbrief