Muziek voor het volk

In de podcast ‘Eerste hulp bij klassiek’ zet radiozender Klara influencers in om klassieke muziek naar een breed publiek te brengen. Onze Gangmaker meerstemmigheid Seppe Gebruers – zelf pianist, componist en onderzoeker – heeft daar bedenkingen bij.

Een muzikant vertrekt uit artistieke noodzaak. Met de intentie het onvoorstelbare voor te stellen, zich te verliezen in esthetische vraagstukken – kortom: zich te durven begeven in het onbekende en te experimenteren zonder een duidelijke doelstelling. Maar zowel in de experimentele als in de klassieke muziek lijkt men die sprong in de abyss te hebben opgegeven.

Een mogelijke verklaring? De ‘derde’ in de relatie tussen muzikant en luisteraar: het instituut dat de muzikant aanbiedt aan het publiek. Voor die organisator draagt muziek die als kant-en-klaar product wordt aangeboden immers al een bedoeling en voorspelbare succesfactoren in zich. Wanneer deze vorm de bovenhand krijgt, wordt de luisteraar gestuurd om de drijvende kracht van de organisator te interpreteren, niet die van de muzikant. Dit gaat ten koste van de meerstemmigheid: muziek gaat altijd over de overdracht – bijvoorbeeld het concert – niet over een kant-en-klaar product.

De meerstemmige overdracht heeft spanning nodig, anders wordt het iets passiefs, dat weinig beweging kent. De curatoren-organisatoren zijn uiteraard afhankelijk van de ticketverkoop. Zij kunnen dan ook stellen dat zij ten dienste staan van het publiek. Het cureren lijkt dan balanceren tussen ‘muziek voor het volk’, keuzes van de curator en – idealiter – artistieke ideeën. Is dat niet het meest democratische? Ontsnappen we zo niet aan het elitarisme dat de kunstwereld vaak verweten wordt?

Emotie uitbesteden

De Oostenrijkse filosoof Robert Pfaller introduceerde het concept ‘interpassiviteit’: het fenomeen waarbij individuen een genotservaring of handeling uitbesteden en zo directe betrokkenheid vermijden. Een treffend voorbeeld is de lachband in sitcoms: de televisie lacht in onze plaats en levert niet alleen de grap, maar ook de gepaste reactie. Op een concert zien we soms dat een artiest ontroerende anekdotes deelt, zoals een triest liefdesverhaal, als beweegreden voor de compositie. Meer nog: de manier waarop de artiest het stuk uitvoert, is gevormd door de eigen beleving, gericht op het herbeleven en representeren van de tristesse. Het publiek wordt zo uitgenodigd om met ontroering te reageren. Hun emotionele reactie wordt uitbesteed, net als bij een lachband.

Het listige is dat het lijkt alsof een massa mensen een authentieke emotionele ervaring heeft, terwijl die in werkelijkheid weinig persoonlijk of spontaan is. Het is een mop die om een lach vraagt.

Nieuwe stijlcodes

Meer dan ooit tracht men de drempel te verlagen om nieuwe luisteraars aan te trekken. Radio Klara, bijvoorbeeld, zet in op influencers als Sander De Keere en Clara De Decker, die flitsende filmpjes maken over klassieke muziek en componisten. Drie redenen om naar Chopin te luisteren: 1) omdat het pianomuziek is, 2) omdat hij een interessant leven had, 3) omdat het romantisch is – en daarbij, dat Chopin een bewogen liefdesleven kende. Uiteraard is het ridicuul om die vraag zo te stellen en te beantwoorden, maar men kan zeggen dat ze speels omgaan met biografische informatie en zo proberen de oeroude muziekwereld op te frissen met een attitude die we kennen uit de showbizz. Net zoals in de popwereld probeert men de luisteraar niet enkel te verbinden met de gespeelde compositie, maar vooral met Chopins privéleven en hoe dat verklankt wordt. Meer nog: het gaat hier niet zuiver over zijn leven, maar over het enthousiasme dat de presentatoren vertonen – zij zijn de lachband van het gegeven ‘Chopin’.

Deze kronkel lijkt zich te ontfermen over het elitarisme binnen de klassiekemuziekcultuur. De titel, ‘Eerste hulp bij klassiek’, zegt het al: ze reiken een methode aan om als ongetrainde luisteraar toegang te krijgen tot die elitaire wereld van klassieke muziek. Maar daarmee suggereren ze tegelijk dat er kennis nodig is om naar deze muziek te kunnen luisteren. Zo belandt men in een onzichtbaar elitarisme: één dat uitstraalt het tegenovergestelde te willen doen, maar ondertussen de impliciete boodschap meegeeft dat wie zich deze codes niet eigen maakt, er niet bij hoort. Het concert wordt zo een cultureel ritueel met in- en outsiders, weliswaar met nieuwe stijl- of modecodes, namelijk die van de influencers.

Voorgeprogrammeerde ervaring

Ook in muziekcentra en voor muzikanten is het verleidelijk om populaire communicatievormen toe te passen. Voor een uitvoering van Ligeti’s ‘Hamburg Concerto’ die ik onlangs bijwoonde, waarschuwde de hoornist eerst dat hij soms vals zou spelen, omdat dit de bedoeling was van de “zotte, gedurfde” componist – terwijl het in werkelijkheid gaat over natuurtonen. Het publiek wordt hier gepamperd, wordt iets wijsgemaakt dat niets te maken heeft met de muzikale ervaring zelf.

Filters zoals deze lijken een veilige weg naar het doel: de reactie van de luisteraar geleiden. De vertoning overstemt zo de stem van de luisteraar. Zoals Adorno zei: “Hoe meer je de luisteraars geeft, des te minder je hen biedt.” Muziek op zich is altijd meerstemmig: ze heeft geen eenduidige betekenis, maar is steeds relationeel. Dit maakt het complex, waardoor het aanlokkelijk is om dat ondoordringbare geheel controleerbaar te maken – voor muzikant, curator, journalist én luisteraar.

Daartegenover zouden we beter inzetten op de persoonlijke muzikale ervaring van de luisteraar – zonder voorbereiding. Of beter: met als enige voorbereiding de bereidheid om verrast te worden. Zo kan de luisteraar mee vorm geven aan een meerstemmig muzikaal klimaat. Wanneer je niet enkel naar concerten gaat waarbij je al weet wat te verwachten, of waar duidelijk gecommuniceerd is hoe je het waarschijnlijk zal ervaren, dan ontstaat ruimte voor echte ontmoeting. Zo ontsnap je uit de vicieuze cirkel van muziekconsumptie: passief toekijkend, meewiegend op de voorgeprogrammeerde ervaring.

Ontmoet onze Gangmakers

Elk seizoen stellen we drie nieuwe Gangmakers aan die ons uitdagen en prikkelen. In 25 | 26 zijn dat pianist en onderzoeker Seppe Gebruers (thema meerstemmigheid), communicator Jasper Gheysen (netwerk) en cellist Jasmijn Lootens (technologie). In elk Bijloke Magazine geven we één Gangmaker vrij spel. Op zo 31.05 gaan ze in debat. Ontdek alles op debijloke.be/gangmakers

Put me on the waiting list

Wish list

Added:

To wishlist

Subscribe to the newsletter