Wat is muziek?
Een column van Tomas Serrien
Michael Beil is een hedendaagse componist die, in lijn van makers zoals Jennifer Walshe, Simon Steen-Andersen en Johannes Kreidler, de klassieke muziekwereld radicaal op zijn kop zet. Hij onderzoekt manieren om de veelheid aan informatie die de wereld rijk is te filteren naar een originele muzikale omgeving. Hij trekt daarbij de gangbare muzikale methodieken, etiquette en uitvoeringsvormen in twijfel. Zijn liefde voor popmuziek is daarbij nooit ver weg. ‘Klassieke muziek’, die voortdurend het repertoire van dode componisten uitspit, vindt hij maar niks.
In zijn ‘scènische composities’ gaan livemuziek, elektronische muziek, een uitgedachte scenografie en videoprojecties steeds hand in hand. Michael Beil is een meester in het deconstrueren van de klassieke concertsetting. Zijn keurmerk is de loskoppeling van de oorspronkelijke verbinding tussen beweging en geluid. Hij creëert daarmee bevreemdende en gevarieerde bouwstenen voor de constructie van een muzikale omgeving die menig liefhebber als ‘Lynchiaans’ zou benoemen. De logica in zijn werk lijkt vaak zoek, maar toch triggert het de waarnemer om er ‘iets’ van te ‘maken’. ‘Alles staat op lossen schroeven, ook in de muziek’, dat is zijn leuze.
In 'Hide to Show' speelt Beil met het waarnemen van een tastbare versus een virtuele muzikale realiteit. Hij laat het publiek gluren in zes afgesloten kleine kamers, met telkens een muzikant. Lamellen verbergen en tonen wat er in de ruimtes te horen en te zien valt. Op deze manier twijfelt de waarnemer over wat echt is en wat niet, zowel in de perceptie van geluid als beweging. Met een knipoog naar de hyperactieve relatie tussen muziek en beeld, onze huidige internetcultuur, sociale media en virtual reality, raakt Beil aan een eeuwenoude vraag uit de muziekfilosofie: ‘wat is muziek?’
De radicale composities van Beil zetten vraagtekens bij een muzikaal paradigma dat sinds de 19de-eeuw dominant is: het idee dat muziek bestaat als een ‘muzikaal werk’, dat je als een object op een podium kan plaatsen. Wat je bij Beil waarneemt is een muzikaal spel van bedrog, waarbij het niet duidelijk is waar de muziek begint en waar ze eindigt. Er is geen grens tussen het tastbare en het imaginaire. Michael Beil katapulteert ons op die manier terug naar een tijd waarin muziek nog bestond in haar traditionele vorm, ver weg van wat we vandaag een ‘concertzaal’ noemen. Muziek was overwegend een volkse activiteit die plaatsvond op een bepaald moment en in een specifieke context. Zodra de activiteit voorbij was, verdween ook ‘de muziek’. Daarmee gaven we een naam aan het subjectieve spel van betekenisvorming bij onze waarneming van geluiden.
Michael Beil eert dat oude idee, in een spel met lamellen, video’s, kostuums en afgesloten kamers. Wat zichtbaar en hoorbaar wordt in zijn werk, is in feite iets dat we vandaag als luisteraar vaak wegdrukken, namelijk het idee dat muziek geen fundering heeft in de objectieve wereld, maar slechts bestaat in onze subjectieve waarneming.
Tomas Serrien is auteur en muziekfilosoof. Hij schreef zijn column bij dit concert op vraag van Muziekcentrum De Bijloke