Pianofilie

Een column van Florestan Bataillie

België was weer even in de ban van de piano. Ik prijs me gelukkig om één finaleavond van de voorbije editie van de Koningin Elisabethwedstrijd live te hebben kunnen meemaken in Bozar.   De Henry Le Boeufzaal was tot de nok gevuld met melomanen van het eerste uur én curieuze nieuwkomers. Er hing een spanning in de lucht die je slechts zelden voelt voorafgaand aan een klassiek concert. Vele gedachten maakten zich van me meester die avond. De schoonheid van een wedstrijd als deze is verpletterend, maar ook de absurditeit ervan.

Ten eerste iets over die schoonheid. Klassieke muziek krijgt in de maand mei meer aandacht dan op eender welk ander moment in het jaar. We moeten toegeven dat de populaire piano-editie daar nog een schepje bovenop doet. U keek en luisterde met velen. Wie weet viel u – net als ik – in een zwart gat toen het gedaan was? Dat roept bij mij toch de bedenking op waarom concerten niet wat vaker in primetime op televisie uitgezonden kunnen worden? Er is absoluut vraag, en die kan zelfs nog aangewakkerd worden door het aanbod steviger te verankeren. Ik snak naar uitzendingen van opera's, recitals en symfonieën met voorafgaand of nadien panelgesprekken om de zaken te duiden of bespreken. Het zal de honger naar de live ervaring niet fnuiken, integendeel.

Maar wie weet bent u – net als ik – ook blij dat de wedstrijd gedaan is? Ik vind de Elisabethwedstrijd – en als pianist zeker de piano-editie – altijd een ingewikkelde existentiële kwestie. Door de aard van dit concours wordt het pianist-zijn vereenzelvigd met het spelen van geijkt repertoire in solorecitals en schitteren in halsbrekende concerti. Dat kan. Maar er is natuurlijk nog veel meer. Pianist zijn is een beroep dat vele facetten kent. Het is ook kamermuziek spelen, (lied)begeleiden, werken als repetitor, lesgeven, muziektheater maken, meespelen in een orkest of meedraaien in een hedendaags muziekgezelschap. En nog zoveel meer of zelfs de combinatie van dat alles. Er is slechts één constante in wat je ook doet: de muziek staat centraal en die moeten we dienen, in welke vorm dan ook.

De kandidaten uit deze wedstrijd brachten trouwens muziek die haast niet méér kan verschillen van elkaar dan ze doet. Stukken die bovendien absoluut niet zijn bedoeld om met elkaar vergeleken te worden. Wie uitblinkt in het keuzerepertoire heeft dat zeer goed gekozen omdat het de identiteit, de technische mogelijkheden en de muzikaliteit van de speler goed illustreert.
Maar is het niet ergens ook wat geluk hebben wanneer je je als een vis in het water voelt in pakweg Prokofjevs ‘Tweede Pianoconcerto’? Ben je een minder musicus wanneer je je liever of beter toont in minder acrobatisch of minder complex werk? En kan je je als pianist recht in de ogen kijken wanneer je andere keuzes maakt en niet deelneemt aan dergelijke wedstrijden?  

Stof tot nadenken, bijvoorbeeld tijdens de beluistering van deze drie geweldige laureaten. Want wat heeft er zich weer een ijzersterke generatie musici aangediend. Een bloeiende carrière is hen allen enorm gegund, op welke manier die er ook zal uitzien. Volgend jaar in mei is de cello terug aan zet. Benieuwd of die ons land net zozeer zal beroeren. Ik kijk er alvast naar uit, u ook?

Florestan Bataillie is pianist, componist, schrijver en maakt theatervoorstellingen over klassieke muziek. Hij schreef zijn column bij dit concert op vraag van Muziekcentrum De Bijloke

Laureatenconcert Koningin Elisabethwedstrijd Piano 2025

Nikola Meeuwsen, Wataru Hisasue, Valère Burnon & Antwerp Symphony Orchestra

Sun 8 Jun 15:00 - 17:20

Subscribe to the newsletter